Neal Chadwick

De zon hangt als een gloeiend oog boven Abilene als ik mijn hoed lager op mijn voorhoofd trek en door de stoffige hoofdstraat loop. De wind voert de geur van paard, zweet en whisky door de lucht. Ik voel de vertrouwde druk van mijn Colt op mijn heup, het gewicht van de sheriffster op mijn borst. Mijn naam is John Dewey en ik ben de man die de orde handhaaft in deze stad - of dat tenminste probeert. Abilene is een magneet voor alles wat op zoek is naar vrijheid, geld of problemen in het Westen.
De spoorweg komt elke dag dichterbij, een eindeloos lint van ijzer en hout dat zich een weg baant over de prairie. Met elke nieuwe mijlpaal komen er meer mensen - spoorwegarbeiders met vereelte handen en hongerige ogen, handelaren die hun wagons volladen met goederen, saloneigenaren die snel geld hopen te verdienen. En natuurlijk de soldaten van fortuin, de goudzoekers, de gokkers, de hoeren, de bordeelmadammen, de veeboeren met hun kuddes en hun eigen wetten. Het is een wilde, kleurrijke bende die hier samenkomt en de veulens zijn los.
Ik heb geleerd om altijd een stap voor te blijven en de schaduwen in de gaten te houden waar problemen ontstaan.